Gratis Snelstart

Eigen vermogen - aandelenkapitaal en reserves

Het eigen vermogen is een restpost van de activa en het vreemd vermogen. Het eigen vermogen bestaat uit aandelenkapitaal, reserves en niet-verdeelde winsten.

Het wordt als een restpost gezien van de afzonderlijke activa minus het vreemd vermogen. Het eigen vermogen is het deel dat overblijft als je al schulden, voorzieningen en overlopende posten aftrekt.

Er is geen echte definitie van het eigen vermogen. De omvang van het eigen vermogen moet blijken uit de jaarrekening van de onderneming.

Inhoudsopgave [verbergen]

? min. leestijd | ? woorden

    Het is niet de bedoeling dat het eigen vermogen de waarde van de onderneming vertegenwoordigd, omdat het vermogen slechts te bepalen is door de waardering van de activa en het vreemd vermogen.

    Eigenaren/aandeelhouders willen weten welk rendement hun inleg oplevert. De rentabiliteit eigen vermogen berekent dit rendement.

    Balansposten aan de passivazijde

    De balansposten die aan de passivazijde van de balans staan zijn:

    Onderverdeling van het eigen vermogen

    Eigen vermogen staat credit op de balans. Volgens de wet moet deze post als volgt worden onderverdeeld (art. 373 lid 1 BW 2):

    • Aandelenkapitaal (geplaatst of gestort)
    • Agioreserve
    • Herwaarderingsreserve
    • Andere wettelijke reserves
    • Statutaire reserves
    • Overige reserves
    • Niet-verdeelde winsten

    Aandelenkapitaal

    Het aandelenkapitaal is het in aandelen verdeelde kapitaal van een BV of NV. Aandelen zijn de gedeelten waarin het maatschappelijk kapitaal volgens de statuten is verdeeld (art. 79 lid 1 BW 2).

    Aandeelhouders zijn belanghebbenden van de jaarrekening.

    Maatschappelijk aandelenkapitaal

    Het maatschappelijk aandelenkapitaal is het kapitaal dat de onderneming maximaal kan plaatsen volgens de statuten. Het geplaatste kapitaal is het deel van het maatschappelijk kapitaal dat is uitgegeven. Een BV is niet verplicht om maatschappelijk kapitaal te hebben.

    Gestorte aandelenkapitaal: gestort en opgevraagd

    Het gestorte kapitaal is het deel van het geplaatste kapitaal waarop aandeelhouders hebben gestort. Het opgevraagd kapitaal is onderdeel van het gestorte kapitaal, omdat dit al wel is opgevraagd bij aandeelhouders en het alleen nog niet daadwerkelijk ontvangen is.

    Minimumkapitaal

    Het minimumkapitaal is het kapitaal dat volgens de wet minimaal geplaatst en gestort moet zijn. Het minimumkapitaal bij een NV bedraagt €45.000. Een BV heeft geen verplicht minimumkapitaal.

    Garantievermogen

    Het garantievermogen is het vermogen dat langdurig in de onderneming blijft en is achtergesteld bij externe schuldeisers. Het garantievermogen is het eigen vermogen en het achtergestelde deel van het vreemd vermogen.

    Achtergesteld vermogen zijn de schulden die zijn achtergesteld bij andere schuldeisers. Dit achtergesteld vermogen behoort eigenlijk tot het risicodragend vermogen van de onderneming.

    Het garantievermogen blijkt niet uit de balans, maar wordt vaak vermeld in de toelichting.

    Kapitaalbescherming

    Kapitaalbescherming is de bescherming van het kapitaal van een onderneming. Doordat het kapitaal beschermt wordt door wettelijke regels, kan de onderneming bijvoorbeeld niet onbeperkt uitkeringen doen aan aandeelhouders.

    Als een onderneming dividend wil uitkeren of eigen aandelen wil inkopen, moet er voldoende ruimte zijn binnen het eigen vermogen (art. 105, 216, 98 en 208 BW 2). Bij de kapitaalbescherming is het niet-uitkeerbare deel van het eigen vermogen van belang.

    Niet-uitkeerbare / gebonden deel van het eigen vermogen

    Het niet-uitkeerbare, gebonden deel van het eigen vermogen bestaat uit het aandelenkapitaal, statutaire reserves en wettelijke reserves. Omdat een BV geen verplicht aandelenkapitaal heeft, behoort dit bij een BV tot het vrije deel.

    De uitkeerbare, vrije deel van het eigen vermogen bestaat uit de agioreserve en de overige reserves.

    Balanstest bij dividenduitkering of inkoop van aandelen

    De balanstest is de test die vaststelt of er voldoende vrije ruimte binnen het eigen vermogen is, om een uitkering of inkoop van eigen aandelen te doen.

    Als een onderneming wettelijke of statutaire reserves heeft, moet een balanstest worden gedaan. Als er geen gebonden reserves zijn, dan hoeft er geen balanstest plaats te vinden en mag het eigen vermogen zelfs negatief worden door een uitkering. Uiteraard mag de continuïteit van de onderneming niet in gevaar komen.

    Als een onderneming wel wettelijke en/of statutaire reserves heeft, dan moet een balanstest worden uitgevoerd om uitkeringen aan aandeelhouders te kunnen doen. De uitkering is maximaal het vrije deel van het eigen vermogen.

    Als de balanstest negatief is en er toch een uitkering heeft plaatsgevonden, dan kan het geld worden teruggevorderd.

    Alle uitkeringen moeten ook voldoen aan de uitkeringstest.

    Uitkeringstest bij dividenduitkering of inkoop van aandelen

    De uitkeringstest is de beoordeling van het bestuur of de onderneming, na de voorgestelde uitkering, haar opeisbare schulden kan blijven betalen. Als bestuurders op het moment van de uitkering weet of redelijkerwijs kan weten dat de onderneming haar schulden niet meer kan betalen, moeten zij geen goedkeuring geven (art. 216 BW 2). Bij een BV is een goedkeuring van het bestuur verplicht.

    Bestuurders kunnen aansprakelijk worden gesteld als blijkt dat de onderneming de schulden niet meer kan betalen, na het doen van een uitkering aan aandeelhouders.

    Het bestuur moet bij de beoordeling alle mogelijke factoren meenemen, zoals de liquiditeit, solvabiliteit en rentabiliteit. Hierbij moet het bestuur ongeveer een jaar vooruit kijken, maar dat kan ook langer nodig zijn. Als er bijvoorbeeld na een jaar een grote schuld afgelost moet worden, moet er op dat moment wel voldoende geld aanwezig zijn.

    Ook van belang zijn toekomstige kasstromen, de ontwikkeling van de omzet en het resultaat, verwachte investeringen, enzovoorts. Al met al wordt het aanbevolen om een gedetailleerde prognose op te stellen van de geldstromen in de komende perioden.

    Geplaatste, gestorte en opgevraagde aandelenkapitaal;

    Het geplaatste aandelenkapitaal is de eerste post van het eigen vermogen (art. 373 lid 1 BW 2). Als het geplaatste kapitaal niet volledig is volgestort, dan wordt het gestorte aandelenkapitaal vermeld. Als ook het gestorte deel nog niet is ontvangen, wordt ook het opgevraagde aandelenkapitaal vermeld.

    Aandelenkapitaal verminderen door intrekking of afstempeling

    Aandelenkapitaal kan verminderd worden door intrekking of afstempeling. Het verminderen van aandelenkapitaal moet door de algemene vergadering van aandeelhouders goedgekeurd worden. Ook moet de onderneming kunnen aantonen dat het aan haar opeisbare schulden kan blijven voldoen.

    Intrekking van aandelen kan als de BV of NV de aandelen zelf houdt of als het één bepaalde soort aandelen betreft. Het bedrag dat de aandeelhouders op de aandelen hebben gestort, wordt bij intrekking terugbetaald.

    Intrekking van aandelen volgt vaak op de inkoop van eigen aandelen. Bij intrekking wordt het geplaatste aandelenkapitaal verminderd met de nominale waarde. De overige reserves worden met hetzelfde bedrag verhoogd. Het eigen vermogen van de onderneming wijzigt dus niet door deze boeking. De overige reserves zijn vrij uitkeerbaar, in tegenstelling tot het aandelenkapitaal. Als er bij intrekking een terugbetaling plaatsvindt, dan wordt dit in mindering gebracht op de overige reserves.

    Afstempeling van aandelen is het verlagen van de nominale waarde van de aandelen. Er is bij afstempeling van aandelen geen sprake van terugbetaling aan de aandeelhouders.

    Bij afstempeling van aandelen wordt de nominale waarde van de aandelen verminderd, waarbij de agioreserve of de overige reserves met hetzelfde bedrag toenemen. Het eigen vermogen wijzigt dus niet door deze boeking, maar de overige reserves nemen wel toe.

    Inkoop van eigen aandelen

    Bij inkoop van eigen aandelen koopt de onderneming de uitgegeven aandelen terug van haar aandeelhouders. Deze ingekochte aandelen blijven gewoon bestaan en zijn onderdeel van het geplaatste aandelenkapitaal.

    Het kapitaal mag niet verminderd worden met het bedrag van de eigen aandelen die de onderneming zelf houdt (art. 373 lid 3 BW 2). Ook mogen deze ingekochte aandelen niet als investering debet op de balans worden geboekt (art. 385 lid 5 BW 2).

    De prijs die is betaald voor de inkoop van eigen aandelen moet in mindering worden gebracht op het eigen vermogen, dus op de overige reserves of andere vrije reserves.

    Als de ingekochte eigen aandelen op een later moment weer verkocht worden, moet de opbrengst weer ten gunste van het eigen vermogen worden geboekt. De opbrengst moet worden geboekt op dezelfde reserve als de inkoop destijds is geboekt.

    Agioreserve

    Agio is het bedrag dat boven de nominale waarde op de aandelen is gestort. Boven de nominale waarde wordt ook wel boven pari genoemd. De agioreserve is een vrije reserve die uitkeerbaar is. Agio kan ook worden omgezet in aandelenkapitaal.

    Agio zijn dus alle stortingen van aandeelhouders, zonder dat daarvoor aandelen worden uitgegeven. Dit zijn informele kapitaalstortingen, omdat ze niet wettelijk geregeld zijn. Hierbij valt te denken aan stortingen die een aandeelhouder doet om verliezen weg te poetsen, of wanneer een aandeelhouder een lening kwijtscheldt.

    Herwaarderingsreserve

    Een herwaarderingsreserve wordt gevormd voor activa die op actuele waarde gewaardeerd worden, en waarvoor de onderneming de waardevermeerdering niet als resultaat boekt (art. 390 lid 1 BW 2).

    De herwaarderingsreserve is een wettelijke reserve. De winst die geboekt wordt bij de herwaardering, is ongerealiseerde winst. Het activum is namelijk niet verkocht, maar enkel op de hogere actuele waarde gewaardeerd. Door het vormen van de niet-vrij uitkeerbare herwaarderingsreserve voorkom je dat de aandeelhouder deze ongerealiseerde winst als dividend kan opeisen.

    Als de waardevermeerdering bij herwaardering wel als winst in de resultatenrekening geboekt wordt, dan is het vormen van een herwaarderingsreserve afhankelijk van het feit of er wel of geen frequente marktnotering is.

    Als er een frequente marktnotering voor het activum bestaat, dan mag geen herwaarderingsreserve gevormd worden. Het activum kan dan namelijk op elk moment tegen een bekende prijs op een liquide markt verkocht worden. Het gaat dan om een homogeen goed waarvan de prijs algemeen bekend is en kopers en verkopers op elk moment bereid zijn om een transactie uit te voeren. Het komt erop neer dat het activum nagenoeg altijd snel en eenvoudig verkocht kan worden.

    Als er geen frequente marktnotering bestaat, dan mag een herwaarderingsreserve gevormd worden bij het herwaarderen van een activum naar actuele waarde.

    Latente belastingverplichting en de herwaarderingsreserve

    Een herwaarderingsreserve mag verminderd worden met de latente belastingverplichting (art. 390 lid 1 BW 2). Als een activum een hogere actuele waarde heeft dan in de boeken staat, dan is er een toekomstige winst en dus ook een toekomstige belastingverplichting.

    De journaalpost van de herwaardering met een latente belastingverplichting is als volgt:

    Debet Credit
    Activum 100
    a/ Herwaarderingsreserve 75
    a/ Latente belastingverplichting 25

    Als er vervolgens wordt afgeschreven op het activum, dan moet ook de herwaarderingsreserve met dit bedrag verminderd worden. Dit deel van de herwaardering is dan namelijk gerealiseerd. Ook als het activum verkocht wordt, moet je de herwaarderingsreserve laten vrijvallen.

    Ook kan het voorkomen dat op een later moment een waardevermindering van het activum optreedt. Dan moet deze waardevermindering weer ten laste van de herwaarderingsreserve worden gebracht (art. 387 lid 4 BW 2).

    Een herwaarderingsreserve mag nooit negatief zijn. Als de waardevermindering groter is dan de reserve, dan moet het restant als verlies in de resultatenrekening geboekt worden.

    Andere wettelijke reserves

    Wettelijke reserves zijn niet vrij uitkeerbaar en daarmee gebonden vermogen van de onderneming. Hierdoor wordt het kapitaal beschermd tegen onwenselijke uitkeringen aan aandeelhouders.

    Wettelijke reserves zijn onder te verdelen in de volgende balansposten (art. 373 lid 4 BW 2):

    • Herwaarderingsreserve
    • Reserve inbreng in natura: als er niet in geld op de aandelen is gestort en er geen accountantsverklaring verstrekt is bij de storting in natura.
    • Reserve leningen ter financiering van de aankoop van eigen aandelen
    • Reserve immateriële vaste activa: als kosten voor de oprichting van de onderneming, uitgifte van aandelen of kosten van ontwikkeling worden geactiveerd op de balans.
    • Reserve deelnemingen: als een deelneming winst maakt, maar deze nog niet als dividend uitkeert, en je deze uitkering niet zonder beperking kan bewerkstelligen.
    • Reserve omrekeningsverschillen: als de waarde van een deelneming verandert door omrekening van vreemde valuta.

    De meeste van de hierboven genoemde wettelijke reserves kunnen niet negatief zijn, behalve de reserve omrekeningsverschillen. Wettelijke reserves moeten individueel bepaald worden, en niet collectief.

    Een wettelijke reserve wordt gevormd uit de vrije reserves, agioreserve of het resultaat over het boekjaar. Een vrijval van een wettelijke reserve wordt overgeboekt naar de overige reserves.

    Wettelijke reserve kosten van ontwikkeling

    Als kosten van ontwikkeling op de balans worden geactiveerd, dan moet een wettelijke reserve voor kosten van ontwikkeling worden gevormd (art. 365 lid 2 BW 2). Deze reserve is even groot als de geactiveerde kosten aan de activazijde.

    De definitie van ontwikkeling is de toepassing van kennis verkregen door onderzoek of op andere wijze, leidend tot een plan of ontwerp voor de productie van nieuwe of substantieel verbeterde materialen, apparaten, producten, processen, systemen of diensten, voorafgaand aan het begin van de commerciële productie of het gebruik.

    Kosten die gemaakt worden voor de ontwikkeling van software mogen geactiveerd worden. Voor deze kosten moet een wettelijke reserve kosten van ontwikkeling worden gevormd. Het gaat dan niet om de aanschafkosten van standaard software, maar maatwerk dat specifiek voor de onderneming ontwikkeld wordt.

    Wettelijke reserve deelnemingen

    De wettelijke reserve deelnemingen wordt gevormd voor de rechtstreekse vermogensmutaties en de resultaten van de deelneming. Deze mutaties moet je volgens de vermogensmutatiemethode (art. 389 lid 6 BW 2) ook verwerken in je post deelnemingen.

    Als het eigen vermogen van de deelneming hoger wordt door winst, dan moet ook jij de waarde van de deelneming verhogen en winst boeken. Omdat je deze winst nog niet daadwerkelijk als geld ontvangen hebt, moet er een wettelijke reserve deelneming gevormd worden (die niet vrij uitkeerbaar is).

    Als je vervolgens dividend van je deelneming ontvangt, moet je de wettelijke reserve deelnemingen met dit bedrag verminderen.

    In het geval dat je een meerderheid van de stemrechten in de algemene vergadering van aandeelhouders hebt, dan kun je de ontvangst van het dividend zonder beperking bewerkstelligen. Daarom hoef je in dat geval geen wettelijke reserve deelnemingen te vormen.

    Wettelijke reserve omrekeningsverschillen vreemde valuta

    Het eigen vermogen van een deelneming in het buitenland kan in vreemde valuta gewaardeerd zijn, evenals de resultaten van die deelneming in het buitenland. Op de balans van jouw onderneming moet je deze deelneming echter waarderen in euro's. Voor het omrekeningsverschil moet je een wettelijke reserve vormen, omdat je deze winst of verlies niet daadwerkelijk ontvangen of betaald hebt.

    Statutaire reserves

    Statutaire reserves moeten op basis van de statuten worden gevormd. De statuten worden voor het eerst opgesteld bij oprichting van de onderneming, en kunnen nadien in bijzondere gevallen gewijzigd worden.

    Bij oprichting of op een later moment kunnen bestuurders ervoor kiezen om een bepaald deel van het eigen vermogen voor ongewenste uitkeringen te behoeden. Door een verplichte reserve in de statuten op te nemen, is dit deel van het kapitaal niet vrij uitkeerbaar en dus beschermd.

    Als bij een statutenwijziging de statutaire reserve verdwijnt, moet deze overgeboekt worden naar de overige reserves.

    Overige reserves

    Overige reserves zijn vrij uitkeerbaar aan aandeelhouders. Overige reserves zijn alle andere reserves, behalve de wettelijke en statutaire reserves.

    Overige reserves worden gevormd door bijvoorbeeld de resultaten van de onderneming. Indien je veel of grote verliezen lijdt, kunnen de overige reserves negatief worden.

    Niet-verdeelde winsten

    De post niet-verdeelde winsten zijn de resultaten van de onderneming over de boekjaren, waarover de aandeelhouders nog niet beslist hebben (art. 373 lid 1g BW 2). De aandeelhouders kunnen tijdens de algemene vergadering van aandeelhouders besluiten om het resultaat aan de overige reserves toe te voegen, of als dividend uit te keren.

    Het is toegestaan om de voorgenomen resultaatbestemming alvast in de balans te verwerken. Daarbij wordt dus het resultaat alvast aan de overige reserves toegevoegd en is er geen post niet-verdeelde winsten. Het moet wel vermeld worden dat het om de balans na resultaatbestemming gaat.

    Bij het voornemen om het resultaat als dividend uit te keren, zijn er drie mogelijkheden om dit te boeken:

    • niet afzonderlijk verwerken in de balans, maar toelichten (balans vóór resultaatbestemming).
    • op de balans verwerken onder het eigen vermogen (balans ná resultaatbestemming).
    • op de balans verwerken als schuld (balans ná resultaatbestemming).

    Rechtstreekse vermogensmutaties in het eigen vermogen

    Rechtstreekse vermogensmutaties hebben te maken met de financiële relatie met de aandeelhouders van de onderneming. Alle andere mutaties van het eigen vermogen lopen via de resultatenrekening.

    Voorbeelden van rechtstreekse vermogensmutaties in het eigen vermogen zijn:

    • Plaatsing van aandelen of verkoop van ingekochte eigen aandelen
    • Verminderingen door inkoop van, of door terugbetaling op aandelen
    • Omrekening van het aandelenkapitaal in vreemde valuta
    • Afstempeling van aandelen
    • Dividenduitkeringen
    • Informele kapitaalstortingen en -onttrekkingen
    • Uitkomsten van stelselwijzigingen
    • Herstellen van materiële fouten

    Mutatieoverzicht bij eigen vermogen

    Er moet een overzicht van het eigen vermogen gemaakt worden van de stand aan het begin en eind van het jaar van elk onderdeel (art. 378 lid 1 BW 2) en per soort aandeel (art. 378 lid 2 BW 2). Daarin moeten alle mutaties staan.

    Stand per 1 januari 80
       
    Toevoegingen 15
    Verminderingen -2
    Totale mutaties in boekjaar 13
       
    Stand per 31 december 93

    In het beste boekhoudprogramma kun je het eigen vermogen eenvoudig boeken en een overzicht opvragen.

    Volgende artikel »

    Veel gestelde vragen over het eigen vermogen (FAQ)

    Wat is het eigen vermogen?

    Het eigen vermogen is een restpost van de activa en het vreemd vermogen. De omvang van het eigen vermogen moet blijken uit de jaarrekening van de onderneming.

    Is een balans na resultaatbestemming toegestaan?

    Het is toegestaan om de voorgenomen resultaatbestemming alvast in de balans te verwerken. Daarbij wordt dus het resultaat alvast aan de overige reserves toegevoegd en is er geen post niet-verdeelde winsten. Het moet wel vermeld worden dat het om de balans na resultaatbestemming gaat.

    Waaruit bestaat het eigen vermogen?

    Het eigen vermogen bestaat uit de volgende posten:

    • Aandelenkapitaal
    • Andere deelnemingen
    • Agioreserve
    • Herwaarderingsreserve
    • Andere wettelijke reserves
    • Statutaire reserves
    • Overige reserves
    • Niet-verdeelde winsten
    Datum gepubliceerd: 26-12-2016 | Datum bijgewerkt: 16-08-2023 | Auteur:

    Deel 'Eigen vermogen - aandelenkapitaal en reserves'

    Deel dit bericht via social media met je familie, vrienden en collega's!

    Het eigen vermogen bestaat uit aandelenkapitaal, reserves en niet-verdeelde winsten. Eigen vermogen is een restpost van activa en vreemd vermogen.


    Over de auteur van 'Eigen vermogen - aandelenkapitaal en reserves'

    Patrick (auteur en webmaster)

    Auteur van deze content is Patrick. Alle informatie is gebaseerd op de kennis die ik heb verkregen uit een tweetal hbo- en een tweetal post hbo-studies. Daarnaast speelt de jarenlange ervaring bij een accountantskantoor en als financial controller in het bedrijfsleven een grote rol bij de link naar de praktijk.

    Ik werk niet voor een gerelateerd bedrijf of instelling, waardoor de informatie betrouwbaar en onafhankelijk is. De informatie is nauwkeurig verzameld op basis van betrouwbare bronnen en wordt regelmatig geüpdatet. Speciaal voor bezoekers van deze website heb ik de top 5 beste boekhoudprogramma's op een rij gezet en vergeleken.